Rad
Überschlag seitwärts (D) |
cartwheel
(E) |
roue,
renversement latéral (Fr) |
|
|
|
Het
rad vinden we een moeilijk aan te leren beweging. Sommigen kunnen
het meteen, anderen blijven met hardnekkige fouten opgescheept
zitten.
De voorkeurkant waarin het rad gedraaid wordt, kan worden bepaald
door je voorkeur schroefrichting, door je afstootbeen, door
de kant waarin je het beste je benen kunt spreiden (opzwaaien!),
door je sterkste steunarm (de dichtste arm in het rad) of door
je vroegere leraar of trainer. Vele kinderen bootsen de kant
na van hun trainer, met alle problemen achteraf bij verbindingen.
Je kiest uiteindelijk best hetzelfde afstootbeen als voor je
overslag.
Vanuit een korte aanloop maken we een opsprong, die bestaat
uit een hink, gevolgd door een uitstap. Tijdens de hink zwaaien
we de armen opwaarts, tot in het verlengde van de romp. We hellen
schuin voorwaarts in de lucht. Het afstootbeen heffen we niet,
maar houden we naast of achter het andere been tot in de landing
van de hink. Dan pas brengen we het afstootbeen naar voor, om
een grote uitstap te maken. |
Er is een tendens om reeds bij de opsprong de
schouders in te draaien (1/8 of 1/4 draai).
De handen worden de één na de andere ver van het
afstootbeen geplaatst op de mat in het verlengde van de aanloop.
Door af te stoten, krachtig het zwaaibeen te gebruiken en dankzij
de aanloopsnelheid, komen we vlot door de handstand. De benen
blijven ver gespreid. Met beiden handen duwen we ons gelijktijdig
krachtig weg van de mat. We plaatsen eerst het zwaaibeen dicht
bij de tweede hand neer en daarna landt het afstootbeen op enkele
voetlengten achter het zwaaibeen. In de landing wijzen de voeten
in de richting waarvan we komen. Het is belangrijk de romp zo
snel mogelijk op te richten in de landing op de eerste voet
of zelfs nog eerder. De armen houden we steeds in het verlengde
van de romp van bij de start tot na de landing. Er zijn technieken
waarbij de handen niet op één lijn, maar voorbij
de lijn gezet worden, zodat men bij de tweede fase precies als
uit een flik-flak met uitspreiden komt. |
Kijkwijzers |
|
Leerwegen tot
rad |
- van op een cirkel tot ...
- van handstand wenden tot
- van hurken over een (schuine) bank tot
- van bergafwaarts
|
Helpen |
- Het rad kan gerust zonder helpers worden uitgevoerd.
- Door te helpen met een klemgreep aan de lenden, verbeteren
we in functie van het verticaal vlak of de rechte lijn.
|
Vereisten |
- In de opsprong: het lichaam is gestrekt voorover geheld
met de armen in het verlengde van de romp.
- Rad in een verticaal vlak uitvoeren.
- Rad op een rechte lijn uitvoeren.
- Eindigen met rugwaarts doorlopen of met bijtrekpassen.
- Veel weg afleggen.
- Focus op de grond richten gedurende de hele beweging.
- Het ritme (hand - hand - voet - voet) is een kadans.
- Snel de romp en armen oprichten in de landing.
|
Normen |
|
Toepassingen |
- varianten:
- rad op één hand
- gesprongen rad
- rad zonder handen
- rad tot handenstand
- rad op de ellebogen
- capoera-rad
- vanuit evenwichtstand
- vanuit halve kniestand
|
- verbindingen:
- rad bijtrekpas rad
- rad rad
- overslag rad
- rad rondat
- rad overslag
- rad menichelliflik
- rad zijwaartse salto
- andere situaties:
|
Bronnen |
- Filmpjes:
- Literatuur:
- Links:
|
|