Oppervlakkige dorsale onderarmspieren |
|
M. Brachioradialis
[Radiale bovenarmspier] |
Oorsprong:
- Crista supracondylaris lateralis humeri
- Septum intermusculare laterale
|
|
Verloop:
distaalwaarts en blijft radiaal |
Aanhechting:
radiale vlak van de processus styloideus radii |
Werking: |
|
De aangeduide
percentages komen uit:
De Roo M, (2001), Anatomische Schetsen,
Leuven/Amersfoort: Acco,299p. |
|
3.6.2 M. Extensor
carpi radialis longus [Lange radiale handstrekker] |
Oorsprong:
- Crista supracondylaris lateralis humeri
- Septum intermusculare laterale tot aan de epicondylus
lateralis
|
|
Verloop:
Distaal langs het spaakbeen.
|
Aanhechting:
De basis van het os metacarpi II
|
Werking: |
|
De aangeduide
percentages komen uit:
De Roo M, (2001), Anatomische Schetsen,
Leuven/Amersfoort: Acco,299p. |
|
3.6.3 M. Extensor
carpi radialis brevis [Korte radiale handstrekker] |
Oorsprong:
- epicondylus lateralis humeri
- lig. collaterale radiale
- lig. anulare radii
|
|
Verloop:
Distaal en licht ulnair
|
Aanhechting:
os metacarpi III
|
Werking: |
|
De aangeduide
percentages komen uit:
De Roo M, (2001), Anatomische Schetsen,
Leuven/Amersfoort: Acco,299p. |
|
M. Extensor digitorum
communis [Gemeenschappelijke vingerstrekker]
|
Oorsprong:
een waaiervormige oorsprong aan de epicondylus lateralis van
de humerus, lig. collaterale radiale, lig. anulare radii, facia
antebrachii |
|
Verloop:
distaalwaarts en licht ulnair en vormt met zijn pezen de dorsale
aponeurose van de 2de tot de 5de vinger. Ter hoogte van de handrug
zijn er eveneens verbindingen tussen de verschillende pezen |
Aanhechting:
basis van distale kootjes en naar de gewrichtskapsels van de
basisgewrichten |
Werking: |
|
|
M. Extensor digiti minimi [Kleine vingerstrekker] |
Oorsprong:
Zelfde oorsprong als de vorige spier (caput commune)
|
|
Verloop:
Distaalwaarts en ulnair |
Aanhechting:
dorsale aponeurose van de vijfde vinger |
Werking: |
|
|
M. Extensor carpi
ulnaris [Ulnaire handstrekker] |
Oorsprong:
een waaiervormige oorsprong dorsaal aan de mediale epicondylus
van de humerus + aan de kop van de ulna (lig. collaterale radiale)
(lig. anulare radii) (facia antebrachii) |
|
Verloop:
distaalwaarts en ulnair |
Aanhechting:
basis van os metacarpi V |
Werking: |
|
De aangeduide
percentages komen uit:
De Roo M, (2001), Anatomische Schetsen,
Leuven/Amersfoort: Acco,299p. |
|
M. Anconeus [Elleboogspier] |
Oorsprong:
- dorsale vlak van de epicondylus lateralis
- lig. collaterale radiale
|
|
Verloop:
distaal ulnair |
Aanhechting:
proximale vierde deel van de dorsale zijde van de elleboog. |
Werking: |
|
De aangeduide
percentages komen uit:
De Roo M, (2001), Anatomische Schetsen,
Leuven/Amersfoort: Acco,299p. |
|